Bij de samenstelling van deze oeuvrecatalogus is er naar gestreefd een volledig overzicht te bieden van het werk van Pieter d'Hont. Ondanks het grote aantal werken dat in deze catalogus is vastgelegd is er echter nog geen volledigheid bereikt. Daarom vragen wij aan iedereen die informatie heeft over een of meerdere werken van Pieter d'Hont die nog niet in deze catalogus zijn opgenomen contact op te nemen met Sebastiaan d'Hont, bestuurslid van de Stichting Atelier Pieter d'Hont. Contactgegevens: sebastiaan.dhont@kpnmail.nl
adres: Heuveloord 21 3523CK Utrecht
Veel fotografen hebben het werk van Pieter geregistreerd, waaronder Peter Brand uit Maarssen in de jaren zestig en zeventig en Peter van Mulken uit Rijswijk in de jaren tachtig en negentig.
Verantwoording
De basis voor deze oeuvrecatalogus vormden de catalogus van de tentoonstelling Pieter d’Hont 70, die in het najaar van 1987 werd gehouden in het Centraal Museum te Utrecht, en de oeuvrecatalogus in klad die de kunstenaar door zijn vrienden werd aangeboden op zijn zeventigste verjaardag die op 24 april 1987 werd gevierd in het Nederlands Spoorwegmuseum te Utrecht.
Alhoewel gestreefd is naar volledigheid is deze - met name in het geval van de portretten - niet gehaald. Bepaalde werken kunnen dus ontbreken, evenals bepaalde gegevens van werken die wel zijn gecatalogiseerd. Niet opgenomen zijn werken die verloren zijn gegaan en bestaande werken waarvan de beschikbare gegevens minimaal waren. Niet alle catalogusnummers zijn afgebeeld. De oeuvrecatalogus is in nauwe samenwerking met Pieter d’Hont tot stand gekomen.
Het oeuvre is ingedeeld in vier categorieën: ‘gebonden plastiek’ (GP), ‘vrije plastiek’ (VP). ‘portretten’ (PO), en ‘penningen’ (PE). Het handjevol tekeningen dat er bestaat, is verspreid in de biografie van dit boek afgebeeld. Vrijstaande beelden in een architectonische context - grafmonumenten, fonteinen, enz. - zijn ondergebracht bij de categorie ‘gebonden plastiek’. Figuurportretten waarbij het model slechts uitgangspunt is geweest voor een verbeelding in meer algemene dan portretmatige zin, zijn ondergebracht bij de categorie ‘vrije plastiek’. Binnen de vier categorieën zijn de werken chronologisch geordend en begint de nummering steeds opnieuw.
Nummering
Hoofdwerk: cat.nr. 5
Hoofdwerk met ontwerp, verkleining of vergroting: cat.nr.
Van het werk bestaan meerdere exemplaren: cat.nr. 5a
Van deze verkleining of vergroting bestaan meerdere exemplaren: cat.nr. 5IIa
Het werk bestaat uit meerdere beelden of scènes: cat.nr. 5A
Titel
Bij de titels van de werken is gekozen voor de meest gebruikte. Bij de portretten zijn, in verband met de privacy van de geportretteerden, vaak alleen de voornamen gebruikt. In een aantal gevallen kunnen beelden met verschillende catalogusnummers dezelfde titel hebben. Het betreft hier verschillende ontwerpen.
Datum en techniek
De vermelde datum is het jaar of de periode van ontstaan. Indien de datum niet bekend was, is deze - aangeduid met ‘ca.’ - geschat. Veel van de bronsgietsels zijn rechtstreeks gegoten. Dit is niet apart vermeld. Het merendeel van de bronzen is gegoten door Penningen- en Beeldengieterij Gebroeders Steylaert te Rumpt. De vergrotingen en verkleiningen zijn uitgevoerd door de firma Bousquet te Parijs. De werken zijn niet consequent gecontroleerd op signatuur.
Maten en oplage
De maten zijn uitgedrukt in centimeters, de hoogte voor de breedte. Vaak is alleen de hoogte aangegeven. De formaten van de sokkels zijn buiten beschouwing gelaten. Als de oplage niet vermeld wordt, bestaat er slechts één exemplaar. In een aantal gevallen - aangeduid met ‘ca.’ - moest de oplage worden geschat.
Verblijfplaats
Alleen de openbare verzamelingen zijn vermeld. De particuliere collecties zijn veelal wel bekend bij de samenstellers van de oeuvrecatalogus. Als de verblijfplaats onbekend is, is dit vermeld. Indien het gipsmodel bewaard is gebleven, wordt dit vermeld. Tenzij anders is aangegeven, is het gipsmodel in bezit van de erven van de kunstenaar.
Opdrachtgever
Als er geen opdrachtgever vermeld staat, is deze niet bekend of betreft het een vrij werk.
Literatuur
De namen van auteurs of tentoonstellingslocaties en het jaar van publicatie verwijzen naar de bibliografie achterin de catalogus. De bibliografie bevat niet alle maar wel de belangrijkste titels. Voor de literatuur en tentoonstellingsgegevens is geput uit de bibliotheek en de collecties pers- en beelddocumentatie van het Rijksbureau voor Kunsthistorische Documentatie in Den Haag.
Mirjam Beerman
Jan Teeuwisse